maandag 1 september 2014

Europa lonkt

Voordat we op zoek naar Beni Sidel gingen, nam Mohammed ons mee de andere kant op naar Beni Enzar dat één lang lint met Nador vormde. Beni Enzar ligt op de grens met Melilla, de tweede Spaanse enclave en net als Ceuta gelegen op een in de zee uitstekende rots. Melilla was van Marokko gescheiden door hoge hekken met scheermessen, schijnwerpers en tot de tanden gewapende grenswachten. Ook hier een streng bewaakte poort naar Europa en veel mensen uit Sub Sahara landen die wachtten en hoopten op een kans die nooit kwam. Niet lang nadat wij Nador verlieten, lazen we in Marokkaanse kranten dat er weer geprobeerd was door een groep van ongeveer duizend vluchtelingen door de macht van hun aantal over de hekken te komen om opgesloten te kunnen worden in het kamp dat erachter lag waar ze in ieder geval te eten kregen. Ik las dat het vluchtelingenkamp dat gebouwd was voor 500 mensen zo langzamerhand een paar duizend telde. Geen enkel land in Europa wil ze, terwijl ze door hun vasthoudendheid en moed toch bewezen hadden enorm potentieel te hebben. Op de ochtend dat wij op een terrasje in Beni Enzar NousNous dronken en ik op het papier klungelde omdat alles en iedereen die ik wilde tekenen direct ook weer wegliep, trok in de verte een groep jonge afrikanen voorbij waarvan ik een paar in de tekening vatte, maar waarvan ik me pas later realiseerde wie het waren.(24)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten